NEDERLAND KAN IN
2006
NIET WINNEN!
Heitinga,
De Jong, Maduro, Babel, De Cler, Babel, Sneijder, Van der Vaart. Zeven
voetballers, goede voetballers. Allemaal komen zij uit de Ajaxschool. Dus
staan de godenzonen in de selectie van het Nederlands elftal. God zelf
heeft hen daarin gezet.
Het
wereldkampioenschap in Duitsland nadert. Nederland wereldkampioen! Eens waren we het bijna. In 1974, toen
Duitsland nog verdeeld was, had
Nederland een superelftal, onder het aanvoerderschap van wereldvoetballer
Johan Cruyff. Driemaal had hij zijn oude club Ajax naar de Europacup
gevoerd. We zullen het nooit weten, maar alle vrienden en vele vijanden
beweren het: Uiteindelijk heeft Nederland zichzelf verslagen. Het was de
arrogantie die haar deed struikelen.
Dat moge zo zijn, het waren beslist niet alleen de
spelers die daaraan debet waren. Vermoedelijk wisten die diep in hun hart
wel dat je voetballers als Beckenbauer, Vogts en Müller niet moest
onderschatten. Het was ook de sfeer erom heen, de totale euforie, de
commerciële bombarie, ja het opgeklopte Oranjegevoel. Wij Hollanders die zichzelf het
allerbeste vonden van wat er was. Wijzelf waren in hoge mate
medeverantwoordelijk voor de nederlaag
|
|
der
nederlagen. Inmiddels zijn de nodige jaren verstreken. Johan
Cruyff is allang geleden gepromoveerd tot Neerlands
wijze man. Hoeveel wereldkampioenschappen zijn er intussen al niet geweest?
Voetballers zijn gekomen en gegaan. We hebben een aantal mooie
kampioenschappen gespeeld, we hebben ook wel eens gefaald, soms was het
maar zozo. Eenmaal waren wij Europees kampioen. Inmiddels is PSV al jaren
de beste club van Nederland. AZ timmert aan de weg, terwijl Ajax meent als
enige aanspraak te hebben op de landstitel. ’t Kan verkeren. Niets aan de
hand. Misschien gaat het volgend jaar beter. We hebben Robben, we hebben
Kuijt, Cocu, Van Nistelrooij. Misschien geeft minister Verdonk topspeler
Kalou alsnog het Nederlanderschap. Hoe het zij, wij staan klaar om ons
opnieuw in het Oranjegevoel te storten. Zullen we het dit keer halen?
TALLOZEN
We
leven mee. Immers, het voetbalspel is niet voor niets de populairste sport.
Het heeft zijn mooie kanten. Het is sport, en sport is goed voor de mens,
houdt miljoenen actief, is in principe gezond en ook nog eens een leuk spel
om naar te kijken. Wie zich van het vorig voetbalseizoen, de wedstrijden
PSV-Milan en AZ-Porto herinnert, weet ook weer wat lachen en huilen is.
Tallozen beleven elke week plezier aan het spel. Zelfs is voetbal, althans
in de hoogste regionen, een voorbeeld van integratie. We juichen even hard
voor de Ghanees, de Surinamer als de Nederlander. Dat wil zeggen, voor
zolang hij tot onze club behoort. Talloze gewone mensen, brave en iets
minder brave burgers willen alleen maar genieten, laten zich door niets en
niemand weerhouden van voetbal te blijven houden. Maar helaas, het voetbal
staat ook symbool voor de verwording van de maatschappij. Het grote geld
heeft toegeslagen op een manier die elke verbeelding tart. Misschien dat
Karl Marx zich nu omdraait in zijn graf: “Zie je wel, ik heb het altijd
gezegd”. Er kunnen nog zoveel donkere voetballers zijn, op de tribunes
tiert het racisme welig. Voetballers zijn louter handelswaar. En op hun
beurt
|
|
ALLE RECHTEN
VOORBEHOUDEN © 2005 GJ RITMEESTER
|
|





