Bekentenis Segers voorkomt onrust
“Ik ben de dader. Heb de stukken in de trein laten liggen. Het was een domme menselijke actie”. ChristenUnieleider Gert-Jan Segers wond er geen doekjes om. Het was zijn fout. Een slordigheidje. Het had niet mogen gebeuren. De voorman van de ChristenUnie moet geleerd hebben van de functie elders-affaire. Toen een fotograaf D66-verkenner Kajsa Ollongren betrapte met een stapel papieren onder de arm. En afdrukte. Waarop een politieke rel van jewelste volgde. Het scheelde niets of de formatie was een vroege dood gestorven.
Maar dat is alweer acht maanden geleden. Dit keer was Segers’ spontane bekentenis voldoende om eventuele onrust te voorkomen. De onderhandelaars voor de vorming van het vierde kabinet-Rutte vonden het een vervelende gebeurtenis. Meer was het niet. Het stuk had ook geen officiële status. En ach, het kan iedereen gebeuren.
Intussen kreeg wel de Volkskrant de tekst in handen. Daaruit bleek dat de VVD en het CDA behoorlijk ver wilden gaan om de derde coalitiekandidaat D66 tegemoet te komen. Immers de Democraten wilden niet met de ChristenUnie in zee. Zij voelden meer voor de PvdA en/of GroenLinks.
En dat betekent dat het njet van de VVD en het CDA niet inhoudelijk is gericht. Waarmee de vraag opdoemt of CU-leider Segers vreesde voor het zogeheten bijwageneffect. Misschien vond de politicus het daarom niet zo’n slecht idee om het publiek vroegtijdig inzage te geven. Misschien was zijn slordigheid in de trein toch een ander soort ongelukje dan de CU-leider wil doen geloven.