Kabinet probeert niet te bezuinigen
De Nederlandse economie valt dit jaar met 7,5 procent terug, mede als gevolg van de coronacrisis. De staatsschuld stijgt met 112 miljard euro tot een bedrag van 489 miljard euro. In plaats van een begrotingsoverschot ontstaat een tekort van 92 miljard euro, wat neerkomt op 11,8 procent van het bruto binnenlands product. En dan gaat het nog maar om een schatting.
Dat meldt minister Hoekstra in de Voorjaarsnota 2020 die hij gisteren presenteerde. De minister gaf aan dat het om voorlopige cijfers gaat. Hij acht het niet uitgesloten dat het werkelijke beeld nog ongunstiger uit zal vallen.
Niettemin hoeven de burgers voorlopig geen extra bezuinigingen te vrezen. Minister Hoekstra beloofde er alles aan te doen het voorgenomen beleid uit te voeren. Op zijn wekelijkse persconferentie Premier Rutte bevestigde dat beeld en voegde eraan toe dat de begroting daarvoor ook ruimte biedt.
Dat alles neemt niet weg dat Nederland binnen afzienbare tijd die ruimte zal hebben opgesoupeerd. Waarbij komt dat het verzet tegen de corona-aanpak toeneemt. De sluiting van bedrijven kan niet te lang duren. Nu al hebben grote ondernemingen als De Bijenkorf en IKEA aangekondigd de deuren weer te openen, met inachtneming van de anderhalvemetereconomie. De provincie Zeeland stelt dat de mensen volgende maand weer het strand op kunnen.
Stap voor stap hoopt het kabinet de lockdown af te kunnen bouwen. Inmiddels is het wel duidelijk dat daar maanden overheen zullen gaan terwijl lang niet alle ondernemingen in staat zijn te voldoen aan de anderhalvemetervoorwaarden.
Geen bezuinigingen dus. Uiteindelijk zal de rekening betaald moeten worden. In meer normale tijden gaat die naar de burger. Hogere belastingen zijn daarbij een vaak beproefd middel.
Maar die weg lijkt toch moeilijker te begaan dan tien jaar geleden, toen de overheid de banken en verzekeringsmaatschappijen met tientallen miljarden uit de penarie hielpen. Terwijl diezelfde overheid de daaropvolgende jaren bezuinigde op lonen, deelden aandeelhouders, managers en CEO’s volop mee in de uitbundige winsten van het opbloeiende bedrijfsleven.
Dat proces mag zich de komende jaren niet herhalen. Dat geldt onder andere voor de miljardensteun aan de KLM/Air France. Nederland stelt een bedrag van twee tot vier miljard euro beschikbaar voor de luchtvaartmaatschappij in nood. Met name de werknemers in de zogeheten vitale sectoren zullen niet begrijpen als zij opnieuw de rekening moeten betalen.