Bush sr leidde Westen naar zege
Vierennegentig werd hij. Zoon van een schatrijke bankier en Republikeins senator. Studeerde aan de Yale-universiteit. Als jongste piloot diende hij zijn land tijdens de Tweede Wereldoorlog. Eenmaal strandde hij in de Stille Oceaan, maar werd tijdig opgepikt. Hij maakte carrière in de olie-industrie. Intussen trok de politiek.
George Herbert Walker Bush slaagde er in 1966 in voor de Republikeinse partij een zetel in het Huis van Afgevaardigden te verwerven. Ook was hij voorzitter van het Republikeinse Nationale Comité (RNC) tijdens het Watergateschandaal. Daarentegen strandden diverse pogingen om senator te worden. In 1971 werd hij ambassadeur bij de Verenigde Naties, om drie jaar later zijn land in China te vertegenwoordigen. Daarop droeg president Ford hem in 1975 voor als CIA-directeur.
Maar Bush wilde meer. Eerst diende hij Reagan als vicepresident om zelf in 1988 als 41ste president van de Verenigde Staten van Amerika de sprong naar het Witte Huis te maken. Een doener was hij die wist hoe de politieke hazen liepen en de kunst verstond te handelen als de nood het hoogst is.
De Republikein, vader van de latere 43e president George W. Bush, bracht het tot één termijn. In 1992 gaf de kiezer de voorkeur aan de Democratische gouverneur van Arkansas, Bill Clinton, hoewel de 41ste president de man ‘in charge’ was op het moment van de Val van de Muur op 9 november 1989.
Toen de Oost-Europese landen na 50 jaar hun vrijheid terugkregen en het einde van de Sovjet-Unie werd ingeluid. Bovendien was Bush verantwoordelijk voor de vernietigende nederlaag van de Irakese dictator Saddam Hoessein nadat diens troepen Koeweit hadden bezet.
Vermoedelijk was George Bush sr de leider die Amerika en het Westen nodig hadden om de definitieve ondergang van de communistische Sovjet-Unie te begeleiden. Zijn karakter zorgde ervoor dat hij op de juiste knoppen drukte, het vertrouwen won van de toenmalige Sovjetleider Gorbatsjov en het Westen zonder bloedvergieten de Koude Oorlog kon beëindigen.
Daar kwam nog eens de Golfoorlog bij. Na de zege op Saddam Hoessein in 1991 was de Amerikaanse president dan ook razend populair. Niettemin verspeelde hij al snel zijn politieke krediet. Niet alleen de economische stagnatie en de oplopende werkloosheid waren daar debet aan, hij miste ook het charisma van zijn voorganger en partijgenoot, Ronald Reagan en het politieke talent van uitdager Bill Clinton. Twee mannen die met enkele welgekozen woorden hun publiek wisten te raken.
George Herbert Walker Bush bleef de stijve diplomaat, de bedachtzame doener, de miljonair met weinig gevoel voor de gewone Amerikaan.
In de verhalen komt de 41ste president naar voren als een Republikein die open stond voor de dialoog, bereid was tot compromissen. Bush sr. was ook een familieman, die 75 jaar met dezelfde vrouw getrouwd was en zes kinderen had.
Toch had ook Bush sr. zijn rauwe kantjes. Bij zijn pogingen een zetel in de Senaat te veroveren keerde hij zich tegen de Civil Rights Act . Hij was verantwoordelijk voor de benoeming van een vicepresident als de politieke nitwit Dan Quayle, en niet te beroerd om tijdens een verkiezingscampagne zijn Democratische tegenstander verantwoordelijk te maken voor een moord.
Al met al komt een beeld naar voren van een man die vergroeid was met het Republikeinse establishment. Een miljonair die de juiste opleiding had, wist waar het grote geld te halen was, zijn familie nooit vergat. Maar ook een man die al op jonge leeftijd erachter kwam dat je land dienen meer betekent dan het dragen van een mooi uniform.