Democratie moet zich herpakken
In de Verenigde Staten is een racist aan de macht. Hij wordt een steeds groter gevaar. In de Europese Unie rekken autoritaire leiders de beginselen van de democratische rechtsstaat op, waarbij de onaangename trekken van het nationaal-populisme steeds duidelijker naar voren treden. Tegelijkertijd nemen in het Westen de verschillen tussen rijk en arm nog meer toe. De economie groeit en aandeelhouders profiteren van de stijgende koersen. De middengroepen zitten in de klem, ook al omdat de lonen achterblijven als gevolg van overschot aan arbeidskrachten. De sociale cohesie staat in tal van landen onder druk.
Overal is de spanning is voelbaar. Nooit gedacht dat een type als Donald Trump president van de Verenigde Staten kon worden. Nooit gedacht dat het Congres zoveel van zijn president zou tolereren. Minder verrassend is de Brexit. Maar dat in de bakermat van de moderne democratie en het industriële kapitalisme een zo groot deel van de werkende klasse zich zou voegen naar de machtsdrift van een rijk geboren elite, mag gerekend worden tot het grote raadsel van de 21ste eeuw.
Er zullen redenen zijn. Intussen dreigen de westerse democratieën van de Verenigde Staten en de Europese Unie hun eigen graf te graven. Misschien wordt het geen revolutie zoals die van 1789 of 1917. Maar als de democratieën zich niet gauw herpakken, staan de dictators in spe of anders wel de gevreesde concurrenten als Rusland en China klaar om toe te slaan.
Zover is het nog niet. Volgend jaar al kunnen de Amerikaanse kiezers hun fout van 2016 herstellen. Ook in Europa zijn er legio mogelijkheden de boze krachten het hoofd te bieden. Het is de kracht van de democratie, zijnde het minst slechte systeem dat ruimte geeft aan de andere mening. Stelt de burger in staat om fouten te corrigeren. Zo hoeft diezelfde burger alleen maar een betere leider en/of partij te kiezen als de oude niet hebben voldaan.