Gurlitt jr. had zijn adresjes
Halsreikend kijken de internationale kunstwereld en mogelijke erfgenamen uit naar de vrijgave van de Gurlitt-lijst, met daarop 1400 ‘entartete’ schilderijen, tekeningen en prenten, door Hildebrand Gurlitt in de jaren 1930/1940 voor een zacht prijsje in de wacht gesleept, en teruggevonden in de flat van zijn zoon in München.
Maar de Duitse overheid heeft geen haast. Waarom? Dat moet te maken hebben met de verwachte juridische procedures. Enorme bedragen staan op het spel.
Ook zou de overheid zomaar partij kunnen worden. Immers, de veelal joodse erfgenamen, juristen en historici zullen willen weten, hoe een kunstschat van een zo grote omvang 67 jaar verborgen kon blijven. En, is een volgende vraag: “Waarom hield de fiscus de vondst bijna twee jaar geheim”?
Maar nu de zaak eenmaal aan het rollen is gebracht, is er geen ontkomen aan. Uiteindelijk moeten de autoriteiten de volledige lijst vrijgeven. Ikzelf ben erg benieuwd naar schilderijen die na de oorlog zijn verhandeld. Toen de douane Cornelius Gurlitt betrapte met een koffer geld, kwam deze met de trein uit de Zwitserse hoofdstad, Bern. Blijkbaar had hij hier en daar zijn adresjes.
Al met al valt er veel op te helderen als het gaat om de Gurlitt-lijst, waarop onder andere de namen prijken van Matisse, Picasso, Dürer, Renoir. En heeft Gurlitt’s clientèle iets uit te leggen.