Hongkong woedend om nieuwe wet
De Chinese regering dient vandaag nog bij het Nationaal Volkscongres (NPC) een wetsvoorstel voor Hongkong in dat volgens tegenstanders een eind maakt aan het systeem van één land, twee systemen. Het voorstel voor een nieuwe veiligheidswet behelst onder andere een verbod op afscheiding, terroristische activiteiten en buitenlandse inmenging. Op 28 mei wordt het voorstel naar alle waarschijnlijkheid in stemming gebracht. Waarna het Permanente Comité in juni een beslissing neemt.
Hoewel de Chinese autoriteiten hebben overlegd met Carrie Lam, de hoogste bestuurder van Hongkong, heeft de Wetgevende Vergadering van de miljoenenstad er geen bemoeienis mee gehad. In de South China Morning Post reageerde oppositieleider Tanya Chan van de Burgerpartij dan ook woedend op het Chinese voornemen. Dat zou in flagrante strijd zijn met de toezeggingen die China heeft gedaan bij de Britse overdracht in 1997. Toen is ook vastgelegd dat voorstellen pas kracht van wet hebben als de Wetgevende Vergadering van Hongkong erover heeft beslist.
China vreest echter dat de gewenste veranderingen geen kans maken. De afgelopen jaren zijn meer pogingen gedaan om meer invloed te krijgen op het bestuur van de stad. Massale demonstraties verhinderden dat. Bovendien haalde de oppositie vorig jaar nog een belangrijke overwinning bij de lokale verkiezingen. Vanaf maart hield de oppositie zich betrekkelijk stil. Maar daaraan was met name de dreiging van het Covid-19virus debet.
Waarnemers verwachten dat de politieke oppositie en andere tegenstanders van de Chinese plannen nu opnieuw massaal de straat opgaan.