Buitenland

Krachtproef voor democratie

Heeft het Westen op een haar na de economische crisis achter de rug, wacht opnieuw een uitdaging. Een politieke dit keer. De Verenigde Staten van Amerika krijgt voor de vierde maal in zijn bestaan te maken met een impeachmentprocedure. Tegelijkertijd is dat andere anker van de westerse democratie, het Verenigd Koninkrijk,  losgeslagen. Drie jaar na het Brexit-referendum  is het land toe aan de derde premier die de ene na de andere nederlaag leidt. De schokgolven die door de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk gaan, zijn hevig. De afloop is uiterst ongewis.

Met het onderzoek voor een impeachmentprocedure begint de Verenigde Staten aan een zeer hachelijk avontuur.  Zo leidden eerdere procedures tegen de voormalige presidenten Nixon in 1972 en Clinton in 1996 tot een verdieping van de toch al gepolariseerde politieke verhoudingen. Tussen Republikeinen en Democraten kwam het nooit meer goed. Was de invloed van de televisie al enorm ten tijde van Nixon en Clinton, nu komen daar nog de sociale media bij.

De Amerikaanse president zal zijn aandacht moeten verdelen tussen zijn verdediging en zijn andere activiteiten. Een man als Trump zal daarbij niet schromen zijn Republikeinse achterban te mobiliseren. De verkiezingscampagne is begonnen en zal harder, feller en gemener zijn als nooit tevoren.

Ook  in het Verenigd Koninkrijk zijn de politici druk doende het land ten gronde te richten. De Brexit brengt de onvolkomenheden van het politieke bestel bijna dagelijks naar voren. Het eeuwenoude bestel tal mag vele stormen hebben, doorstaan. De huidige storm hoeft niet de zwaarste te zijn, hij waait wel op een ongelukkig moment.

Veel heeft te maken met het verleden toen het Britse Rijk een machtig imperium was. De gevoelens dreigen het restant te veel te worden. Niet iedereen wil terug of droomt van een of ander partnerschap met  het machtigste land ter wereld, de Verenigde Staten van Amerika. Maar het is wel de reden dat  de Britten pas in 1973 toetraden tot de Europese Gemeenschap.

De Britten konden niet anders. Namen geen deel aan de eurozone. Wellicht was het niet de EU, maar het tijdsgewricht dat het nationalisme deed opspelen in het Verenigd Koninkrijk. Nog in 2014 vond in Schotland een onafhankelijkheidsreferendum plaats. Vijfenveertig procent van de Schotse kiezers stemde voor onafhankelijkheid. In Noord-Ierland vinden katholieken dat zij bij de republiek Ierland horen.

Zo zeker is het Verenigd Koninkrijk niet. In het Lagerhuis vechten de parlementsleden elkaar de tent uit. Het land is tot op het bot verdeeld. De media kiezen partij. Parlementsleden worden met de dood bedreigd.

In het Kremlin richt een stokoude adviseur  zich tot de president. Zijn ogen glinsteren. En zegt: “Kameraad Vladimir. Zie je wel. Marx heeft gelijk”.

Bent u het eens met de schrijver? Of juist niet? Geef uw mening!

De Krant met een Mening