Zuinige vier houden voet bij stuk
Premier Rutte hield voet bij stuk. Geen cent méér. Het EU-budget voor de periode 2021-2027 mag de 1020 miljard euro oftewel 1 procent van het bruto nationaal inkomen, niet overschrijden. Dus staakten de onderhandelaars van de 27 lidstaten in Brussel gisteren het begrotingsoverleg. De ‘zuinige vier’, te weten Nederland, Oostenrijk, Zweden en Denemarken waren niet te vermurwen.
De Europese Commissie had voor de komende zeven jaar de uitgaven begroot op 1095 miljard euro, 1,07 procent van het nationaal inkomen. En dat bedrag was al lager dan de 1135 miljard euro (1,11 procent) die de Europese Commissie en de 1324 miljard euro (1,3 procent) die het Europese Parlement noodzakelijk achten.
Het is overigens niet de eerste keer dat EU-onderhandelaars onverrichter zake naar huis gaan met de boodschap er nog eens goed over na te denken. Om het over één of twee weken nog eens te proberen. In de tussentijd wordt er veel getelefoneerd, op en neer gereisd tussen Brussel, Berlijn, Den Haag, Rome, Parijs. Ongetwijfeld volgt een extra top, wellicht nog een top. Uiteindelijk komen de dames en heren er dan wel uit.
Zo zal het ook dit keer gaan. Omdat het moet. Er is geen keus, al is het maar omdat de landelijke politici het allemaal aan hun kiezers uit moeten kunnen leggen. Want was het het Verenigd Koninkrijk niet dat altijd weer obstakels opwierp, fungeerde als hinderpaal, woedend reageerde op een voorstel van de Europese Commissie, zijn geld terug eiste en zwoer nooit, maar dan ook nooit met dat voorstel in te stemmen?
Welnu het Verenigd Koninkrijk is niet meer. Dus moeten de 27 overgebleven lidstaten er toch zeker uit kunnen komen. Maar ja, de zuinige vier vinden dat de EU met minder geld toe kan, nu nettobetaler het Verenigd Koninkrijk vertrokken is. Zij willen als nettobetalers bezuinigen op de subsidies aan landbouw en de armere gebieden. Tegenover hen staan echter zo’n 15 lidstaten uit Zuid- en Oost-Europa. Die komen al te kort en willen niet minder maar méér geld van Brussel.
De komende dagen en weken zullen met name de Duitse bondskanselier Merkel en de Franse president Macron proberen de partijen op één lijn te krijgen. Daarbij moet bedacht worden dat ook Duitsland een nettobetaler is, terwijl Frankrijk van alles wil maar niet bezuinigen op landbouw. President Macron heeft al moeite genoeg om de sociale rust in zijn land te bewaren.
Na afloop van het EU-overleg weigerden de voorzitter van de Europese Commissie Von der Leyen en de president van de Raad van Ministers, Michel, te spreken van een mislukking. Ook premier Rutte had nog goede hoop. “Er is geen sprake van een grote crisis”, zei hij.