Op weg naar een staatsomroep
Een beetje neoliberaal heeft een gruwelijke hekel aan het Nederlandse publieke omroepbestel. Hij vindt dat radio en televisie de vrije markt toebehoren. Dat de spelers moeten concurreren, kijkcijfers scoren, en vooral hun eigen broek ophouden.
Dus is de afgelopen jaren flink bezuinigd op de publieke omroep die zijn wortels heeft in het zuilenbestel van de vorige eeuw. De omroepverenigingen zijn aan banden gelegd. Programma’s moeten een educatief karakter hebben. Ze mogen dit niet. Ze mogen dat niet. Met name mogen ze de vrije jongens en meisjes van de commerciële omroepen niet voor de voeten lopen.
Stukje bij beetje naderen de neoliberalen het grote doel, de oprichting van een staatsomroep. Een omroep waarin de overheid het voor het zeggen heeft en bepaalt wat uitgezonden wordt. Daarbij spreekt het voor zich dat de omroepbestuurders een marktconforme beloning krijgen.