We noemen het democratie
Tweederde van de Tweede Kamer is ronduit tegen. Toch stemde de meerderheid in met het Griekse steunpakket. Geen mens begrijpt het. We noemen het democratie en hopen vurig dat de kiezer op 20 september afrekent met premier Tsipras en Syriza want van links hebben we onze buik meer dan vol.
Teruggeroepen van het reces, maakte de oppositie er trouwens een mooie voorstelling van. De PVV van Geert Wilders diende zijn zoveelste motie van wantrouwen tegen het kabinet-Rutte II in. De houding van het CDA riep de nodige vragen op. Dat fractievoorzitter Buma geen fiducie had in het reddingenpakket en premier Rutte beschuldigde van kiezersbedrog was nauwelijks een verrassing.
Inmiddels is het een cliché, maar daarom niet minder waar. Griekenland is een splijtzwam. De VVD-fractie vergaderde vijf uur over de strategie. Ze was tegen het reddingsplan, bleef tegen, stemde vóór. Redenen waren er in overvloed. Immers, een nee betekende een motie van wantrouwen voor de politiek leider, premier Mark Rutte, het aftreden van het kabinet en grote problemen voor Europa. “Te veel gedoe dus”, aldus woordvoerder Mark Harbers.
Andere partijen hadden het er minder moeilijk mee, al liepen de redenen om tegen het Griekse reddingsplan te stemmen uiteen. Maar Nederland is allesbehalve een uitzondering. De scepsis richting Griekenland is tekenend voor de gevestigde orde van de Eurozone. Eigen schuld, dikke bult. Niks solidariteit. De Grieken moeten bloeden.