Politiek

WACHTEN OP VOLGENDE CATASTROFE

Nu is het de Fyra weer. Het land bevindt zich in de grootste crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. Maar dit kabinet gaat het land niet redden. Wie heeft wel de visie? De capaciteiten om te doen wat nodig is? Over de eigen schaduw heen te springen? Het land wacht op de volgende catastrofe.

Lang geleden schreef John K. Galbraith, wereldvermaard econoom, Harvard-hoogleraar en adviseur van president Kennedy over de ineenstorting van Wall Street, 1929. “In een tijd van crisis”, schreef hij in The Great Crash, “barsten de puisten. Gaan zaken mis. Komen misstanden aan de oppervlakte. Lopen de bedriegers tegen de lamp”.

Galbraith is alweer zeven jaar dood. Hij was een Keynesiaan, een sociaaldemocraat, voorstander van overheidsinvloed in de economie. Dit is Nederland, 2013. Het liberaalkapitalisme is tot in alle vezels van de maatschappij doorgedrongen. aar daarom is Galbraith’s uitspraak niet minder waar. Te veel zaken lopen mis. De crisis lijkt nog niet eens op het dieptepunt. Inmiddels is het rijtje een hele rij.

Direct na het uitbreken van de kredietcrisis in 2007 moest de staat al de banken ABN Amro en ING redden. Daar is de SNS bijgekomen. De DSB-bank raakte failliet. Miljarden zijn in rook opgegaan. Megalomanie leidde tot enorme stroppen bij woningcorporaties en onderwijsinstellingen. Vestia, Aramantis zijn maar twee voorbeelden.

Ook de crisis bij de Vrije Universiteit vindt daar haar oorsprong. Het aantal faillissementen neemt toe, met name in de vastgoedsector is de crisis voelbaar. Topbestuurders kwamen in opspraak. Namen de benen. Zijn aan de kant gezet. In de Zorg zouden miljarden te halen zijn. Intussen beheerst het Fyra-echec het nieuws. Te lichtvaardige besluiten zijn genomen. De politiek probeert het vuur te doven voordat het gevaarlijk kan worden. Maar een parlementaire enquête lijkt onontkoombaar.

De nood is toch behoorlijk hoog, maar niets duidt erop dat de redding nabij is. Rond 2000 deed Nederland het beter dan Duitsland, Engeland, Frankrijk. Het liberaalkapitalisme vierde zijn triomfen. Het poldermodel garandeerde de band met de oude verzorgingsstaat. Waarop Pim Fortuyn schreef over de Puinhopen van Paars. Hij werd vermoord.

Het liberaalkapitalisme zette met verdubbelde kracht door. In 2007 viel Lehman Brothers, en was de kredietcrisis een feit.

Inmiddels is Nederland een land, diep in de crisis. Het pessimisme viert hoogtij. De Nederlander houdt de hand op de knip. In acht maanden tijd zijn VVD en PvdA de helft van hun aanhang kwijtgeraakt. De regering heeft geen enkele grip op de werkelijkheid.

Zelfreflectie is een eerste vereiste. Nederlandse politici moeten tot de bodem durven gaan. De fouten van het politieke systeem onder ogen durven zien. Aanvaarden dat Keynes dé oplossing voor de economische crisis biedt. Het klinkt zo simpel. Zelfreflectie is echter een zwak punt, Keynes een blinde vlek. Het “ik heb gelijk”, is de zin die het politieke credo het best samenvat. Begrijpelijk misschien. Maar fataal.

Bent u het eens met de schrijver? Of juist niet? Geef uw mening!

De Krant met een Mening