WIE ZETTE DE KONING TE KIJK?
Dus komt er een diepgaand onderzoek, “want”, vindt de burgemeester van Amsterdam, Eberhard van der Laan, “het is een ernstige zaak. Geen klein bier als de overheid een burger het recht op meningsuiting ontneemt. Een grondrecht nota bene”.
Niet één maar twee republikeinen is bij de inhuldiging van koning Willem-Alexander het vrije woord ontzegd. Zelfs zette de politie zette de twee in de cel. “Een ongelukje. Toeval. Dom”, bezwoer een boze burgemeester die zich met koning Willem-Alexander garant had gesteld voor het demonstratierecht, ook tijdens de inhuldiging.
Het zal. Met de burgemeester wil het Nederlandse volk de politie geloven dat er sprake is van een persoonsverwisseling. Dat een actievoerder zich verzette, en de ander de openbare orde verstoorde. Er, kortom, sprake is van een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Tegelijk weet hetzelfde volk dat het allemaal onzin is. De televisiebeelden zijn glashelder. De politie liegt. Blijft over, de vraag naar de opdrachtgever: Wie had de euvele moed om zowel de burgemeester als de koning te kijk te zetten? Te gelasten twee demonstranten op te pakken tegen de instructies in? Wie pleegde insubordinatie?
We zullen zien. Vandaar, het onderzoek. Maar wat het resultaat ook is. Overheidsdienaren die burgers grondrechten misgunnen, hen opsluiten, daarover ook nog eens liegen, ondermijnen de democratie. Die overheidsdienaren zijn staatsgevaarlijk.