Brusselmans schrikt van ophef
Herman Brusselmans wil iedere Jood die hij tegenkomt een puntig mes door de keel rammen. Zo boos is de Belgische schrijver over het Israëlische optreden in Gaza. Over de bombardementen, de grote aantallen Palestijnse slachtoffers.
Boos. Kwaad. Niemand ontzegt Brusselmans zijn gevoelens die hij uitte in een column in het Belgische blad Humo. Toch vindt Arnon Grunberg het een goede reden om te stoppen met zijn column. Hij voelt er niets voor om te werken voor een blad dat Brusselmans revisionisme bagatelliseert.
Arnon Grunberg kiest geen partij
Natuurlijk trekt hij geen partij. Liever laat Arnon Grunberg zich leiden door een tot in het absurde doorgedreven cynisme. Dus hoeven de Bezige Bijschrijvers niet op zijn steun te rekenen inzake het conflict over het contract dat de uitgeverij met ene Abu Jahjah is overeengekomen.
Één en al redelijkheid, ook bij Frits
Een waardige uitzending was het in elk geval, met op 4 mei alleen maar Joden aan tafel bij Pauw. Zes waren het er om precies te zijn, een zevende mocht vanaf de zijlijn meepraten over het antisemitisme zoals zij dat ervaren. Geen kwaad woord over Jeroen dit keer. Hij leidde het gesprek zoals de kijker dat verwachten mag.
Grunberg is nodeloos ongerust
“Wilders en de terroristen zijn stiekeme kameraden, bondgenoten met hetzelfde doel, namelijk het einde van de open en vrije samenleving”. Schrijft Arnon Grunberg in zijn Voetnoot en krijgt zoals verwacht vele handen op elkaar. Want is er ook maar iets tegenin te brengen?
Jan Terlouw en de Marxisten
Hij is geoefend in de logica. De rode draad is cynisch. Hooghartig kijkt hij hoe dan ook neer op het lezersvolk om met enkele welgekozen en soms virtuoze zinnen zijn betoog neer te zetten. Soms is het alleen maar knap, mooi, soms ben je het eens. Ongetwijfeld zit er altijd wel een gedachte achter. Maar nogal vaak leest Voetnoot in de Volkskrant als onzin.