Na de oorlog zijn excuses niet genoeg
Op zondag 27 januari 2020 schrijft premier Rutte geschiedenis bij de Nationale Holocaustherdenking in Amsterdam. Geen van zijn voorgangers had het aangedurfd. Sterker nog, in 2012 had de premier een verzoek van de hand gewezen. Maar nu, acht jaar later, stelt hij vast dat het antisemitisme er nog steeds is. “Daarom”, voegt hij eraan toe, “ bied ik vandaag namens de regering excuses aan voor het overheidshandelen van toen. Dat doe ik in het besef dat geen woord zoiets groots en gruwelijks als de Holocaust kan omvatten”.
Israёl is in 2015 een land, ver weg
De geleerden zijn het er niet over eens of 12 miljoen Nederlanders besmet waren geraakt door een onbedwingbaar, vreselijk schuldgevoel of door de behoefte om zich twintig jaar na de Tweede Wereldoorlog alsnog bij het verzet aan te sluiten. Feit is dat het Nederland van de jaren 1960 en 1970 massaal Israёl steunde, zich zelfs vereenzelvigde met de Joodse staat die was omringd door louter vijanden.
Het gelijk van Verlicht Nederland
Claudia de Breij, Arnon Grunberg, Rob Wijnberg, Bert Wagendorp en zelfs Jan Terlouw zijn het hartgrondig eens: Er is geen reden om bang te zijn voor een aanslag in dit land. Dat wil zeggen, de kans dat de bliksem ons treft, de trein ontspoort, onverlaten een stoeptegel op de auto gooien, is tenminste zo groot. Zo niet groter”.